donderdag, maart 09, 2006

Ludieke opdracht (2)


Het mannetje kon maar niet stoppen met huilen en er kwam geen zinnig woord meer uit.

De jonge vrouw had echt wel te doen met dit zielige hoopje.
"Je sprak over een snoepje dat betoverd is!"
Ze keek hem recht in de ogen.
"wat voor snoepje moet dat zijn? Ik denk dat ik er wel een paar in huis heb"

Hortend en snikkend probeerde het mannetje weer een paar woorden achter elkaar uit zijn mond geperst te krijgen.
"Eigenlijk … Snik! … maakt het … Snik! … niet zoveel uit!"
Hij probeerde de vrouw weer aan te kijken en kreeg wat meer vastheid in zijn stem.
"’t is eender, al was het een banaan. Het is alleen maar de drager van het tovermiddel."

"Ho! Maar dan heb ik snoepjes genoeg!", juichte de vrouw!
Ze liep naar de koelkast en haalde een tros bananen te voorschijn.
"Maar wat is er dan nodig voor de betovering?"
De vrouw aarzelde even en keek met gefronste wenkbrauwen in de richting van het mannetje.
"Kan jij toveren? Want ik kan het niet!"

"Oh Ja!"
Het mannetje klonk erg zelfzeker!
"Deze formule leren we allemaal op onze vijfde verjaardag! Het is tenslotte voor onze eigen bescherming!"

"OK!" zei de vrouw.
"Wat zijn dan de ingrediënten. Dan kunnen we er zo snel mogelijk aan beginnen!"
In gedachten stond ze al te roeren in een grote pot met pruttelende heksendrank.

Het mannetje begon een lijst woorden uit te braken, elk woord verwijzend naar een ingrediënt voor het verlossende tovermiddel. Al snel werd het duidelijk dat er heel wat werk aan de winkel was.

Voor sommige van de ingrediënten zouden ze heen en weer over het meer moeten zwemmen en voor andere moesten ze klimmen tot boven op de toren van het kleine kerkje dat de trots was van het pietluttige dorpje. De klimpartij zou moeten gebeuren tot aan de spits van het dak waar de weerhaan stond. Deze klimpartij zou niet zonder gevaar zijn.